Safety assessment voor cosmetica: wat moet je weten?
De veiligheid van cosmetische producten moet vastgesteld worden met een safety assessment, vóór het product in de winkel verkocht mag worden.
De veiligheid van cosmetische producten moet vastgesteld worden met een safety assessment, vóór het product in de winkel verkocht mag worden.
Wanneer is de laatste keer dat je je tanden hebt gepoetst en je je afvroeg “is deze tandpasta eigenlijk wel veilig?”. Waarschijnlijk zelden, of nooit. En dat is precies de bedoeling!
Cosmetica, zo staat in de wet, moet altijd veilig te gebruiken zijn door consumenten. Zij moeten er gewoon van uit kunnen gaan dat de veiligheid klopt.
De veiligheid van cosmetische producten moet vastgesteld worden vóór het product in de winkel verkocht mag worden. Het checken van cosmetica veiligheid wordt een veiligheidsbeoordeling genoemd, in het Engels een safety assessment.
Dit kan je eigenlijk wel vergelijken met een rijbewijs; iemand mag pas de weg op als zijn of haar rijvaardigheid door een examinator veilig is gekeurd. In de wet is vastgelegd hoe en door wie een cosmetica veiligheidsbeoordeling gemaakt mag worden.
Een safety assessment is een beoordeling van alle aspecten van het product, dus van het recept, de verpakking, de etikettering, en ga zo maar door. Wanneer alle onderdelen goed zijn, wordt het product veilig bevonden.
De safety assessment wordt in een rapport opgeschreven, zodat de controlerende instantie – in Nederland is dit de NVWA – altijd kan controleren of het product veilig is. Dit rapport heet een Cosmetic product safety report, oftewel een CPSR of productveiligheidsrapport.
Bij cosmetica denk je in eerste instantie alleen aan make-up en andere producten die voor het uiterlijk bedoeld zijn. Toch is dit maar een deel van alle cosmetica.
Om te zien welke producten onder de cosmetica vallen, kunnen we altijd terug naar de definitie van cosmetica zoals deze in de wet is opgenomen. In de Europese Verordening EC 1223/2009 artikel 2.1a staat deze definitie van een cosmetisch product:
Cosmetische producten: alle stoffen of mengsels die bestemd zijn om in aanraking te worden gebracht met de delen van het menselijke lichaamsoppervlak (opperhuid, beharing, haar, nagels, lippen en uitwendige geslachtsorganen) of met de tanden en kiezen en de mondslijmvliezen, met het uitsluitende of hoofdzakelijke oogmerk deze te reinigen, te parfumeren, het uiterlijk ervan te wijzigen en/of voornoemde lichaamsdelen te beschermen of in goede staat te houden of lichaamsgeuren te corrigeren
Dat zijn een hoop termen. Laten we ze eerst groeperen en vervolgens stuk voor stuk bekijken.
Een mengsel is een combinatie van meerdere stoffen. Een stof is een ingrediënt, zoals water, alcohol, of een kleurstof. Wat buiten deze definitie valt, zijn zogeheten ‘artikelen’.
Een artikel is een stof of mengsel met een bepaalde vorm, waarbij de vorm veel belangrijker is dan de stof(fen) waaruit het artikel bestaat.
Denk aan een bril; het maakt eigenlijk niet uit of een bril van plastic of metaal of een andere stof bestaat – dat het materiaal de vorm van een bril heeft is het meest belangrijke.
Andersom, een blok zeep ziet er toevallig als een blok uit, maar deze vorm is niet belangrijker dan de stoffen die in de zeep zitten. De zeep kan elke vorm hebben, zo lang de juiste stoffen er maar in zitten.
Het product moet de haar, huid of mond dus echt aanraken om te werken.
Een luchtverfrisser heeft ook als doel om te parfumeren, maar omdat je de luchtverfrisser niet aanraakt om hem te gebruiken, is de luchtverfrisser geen cosmetisch product. Een body lotion is een cosmetisch product, omdat je de lotion op jouw huid moet smeren om hem te laten werken.
Allereerst staat hier het woord ‘menselijke’ genoemd. Dat betekent dat producten die voor dieren bestemd zijn dus geen cosmetische producten zijn.
Een hondenshampoo moet dus niet aan de cosmetica wet, maar aan een andere wetgeving voldoen. Vervolgens wordt ‘lichaamsoppervlak’ benoemd. De buitenkant dus. Als een product ín het lichaam gebracht wordt (uitzondering: mondholte), dan is het geen cosmetisch product.
Dus glijmiddelen, neussprays, voedingssupplementen zijn allemaal geen cosmetische producten.
De functie van het product moet dus vooral een cosmetische functie hebben.
Als het product ook een niet-cosmetische functie heeft, dan beoordelen verschillende partijen in welke categorie het product uiteindelijk valt. Voorbeelden van niet-cosmetische functies zijn biocide functies (anti-bacterieel, tegen muggen) en medicinale functies (geneest, herstelt).
Net zoals een rijbewijs examinator een specifiek beroep is, zo is er ook een specifiek beroep voor het beoordelen van cosmetica veiligheid. Zo’n persoon wordt een veiligheidsbeoordelaar genoemd, in het Engels een iets coolere naam: safety assessor.
Een safety assessor heeft jarenlang gestudeerd richting farmacie, biomedisch, toxicologie of geneeskunde en heeft daarnaast veel praktijkervaring opgedaan. Hoe meer ervaring, hoe beter!
Voor het beoordelen van cosmetica veiligheid zijn ook testen nodig. Deze cosmetica testen zijn gericht om uit te vinden of het product op dit moment veilig is, én veilig blijft wanneer het gebruikt gaat worden.
De meest standaard test is de houdbaarheidstest. Een product moet natuurlijk een tijdje houdbaar blijven, en met de houdbaarheidstest wordt bepaald hoe lang dit kan zijn.
Een houdbaarheidstest wordt ook wel een stabiliteitstest genoemd, of een compatibiliteitstest. De compatibiliteitstest is een stabiliteitstest, waarbij het product in de eindverpakking getest wordt.
Wel zo handig natuurlijk, want zo kan je voortijdig checken of het product niet uit de verpakking gaat lekken.
Een andere veelgebruikte test is een microbiologische test. Veel producten kunnen na verloop van tijd gaan rotten of schimmelen. Daarom worden deze producten beschermd met conserveringsmiddelen.
Met de microbiologische test wordt gecheckt of de conservering wel goed genoeg werkt tegen bacteriën en schimmels. In deze test worden er expres heel veel bacteriën en schimmels aan het product toegevoegd, om de conservering van het product ‘uit te dagen’.
Daarom heet deze microbiologische test ook wel een ‘challenge test’ of ‘preservation efficacy’ test. Andere testen die gedaan kunnen worden zijn bijvoorbeeld voor specifieke cosmetische producten.
Denk dan aan zonnebrand, waarbij getest wordt of de zonnebrandfactor SPF wel klopt, of aan een spuitbus met deodorant, waarbij getest wordt of de spuitbus wel de hoge druk aankan en niet spontaan ontploft.
Allemaal hele belangrijke testen dus, die noodzakelijk zijn om de veiligheid van een product goed te beoordelen.
GMP staat voor Good Manufacturing Practices. Alle cosmetica fabrieken moeten aan GMP voldoen. Als een fabriek volgens GMP werkt, dan betekent dit dat de kwaliteit van producten consistent blijft bij het produceren.
Het kan dus niet zo zijn dat wanneer een product dat vandaag gemaakt wordt veel groter is, of een andere kleur heeft, dan wanneer dit product morgen gemaakt wordt. Om die consistentie voor elkaar te krijgen, volgt een fabriek heel veel verschillende protocollen en checklists.
Checklists voor het recept (heb ik alle ingrediënten, in de juiste hoeveelheid, in de juiste volgorde toegevoegd?), voor het schoonmaken (tussendoor moeten mengketels gespoeld worden), en herleidbaarheid (waar komt deze grondstof vandaan, hoe lang is dit vat al open?).
Het produceren van cosmetica onder GMP is verplicht vanuit de wet. Een fabriek mag dit zelf beoordelen, of zich laten certificeren door een certificeringsbedrijf.
Voor een goede safety assessment is GMP dus ook nodig; als de kwaliteit van producten vanwege inconsistente productie erg wisselt, dan kan een safety assessor eigenlijk geen veiligheidsbeoordeling doen van dat product.
Met de super snelle service van SkinConsult is dit zo gepiept.
Plan een gesprek